383 p.
Vertaald uit het Engels: Finders keepers
Augustus wordt bij mij Stephen King maand, in navolging van Becky M op youtube die dit al enkele jaren doet.
Ik heb namelijk nog genoeg ongelezen werk van de man in huis om eigenlijk meerdere maanden toe te komen. Ik koop de boeken wel maar kom er de laatste tijd niet echt meer aan toe om ze te lezen. Dat gaan we rechtzetten.
Beginnen deed ik met De eerlijke vinder, het tweede deel uit de Bill Hodges trilogie (ook wel de Mr. Mercedes trilogie genoemd). Het eerste boek, Mr. Mercedes, werd al in 2016 gelezen en het werd dus hoog tijd om deze eens ter hand te nemen.
De eerlijke vinder start met de overval op de teruggetrokken bejaarde schrijver John Rothstein die al meer dan 20 jaar niets meer heeft gepubliceerd. In zijn kluis zitten wel zo'n 150 moleskineboekjes met ongepubliceerde schrijfsels die na zijn dood moeten vernietigd worden. Maar dat is buiten Morris Bellamy gerekend, zijn number one fan, die het niet kan verkroppen hoe Rothstein zijn personage Jimmy Gold in zijn laatste boek portretteerde (Misery anyone?). Morris trommelt twee trawanten op en ze stelen de inhoud van de hele kluis: de notaboekjes en het geld dat er in zit.
Morris begraaft zijn "schat" maar wordt even later voor een andere misdaad opgepakt en vliegt levenslang de gevangenis in.
Zo'n 30 jaar later vindt de 12-jarige Peter Saubers bij toeval de koffer met notaboekjes en het geld. Geld dat zijn familie goed kan gebruiken, want zijn vader was een van de slachtoffers van de Mercedes Killer en zit nu in een rolstoel. De notaboekjes houdt hij ook bij, maar hij zal pas enkele jaren later hun waarde beginnen inzien en ook hij zal John Rothstein gaan adoreren voor zijn schrijfkunsten.
Net dan komt Morris Bellamy eindelijk terug op vrije voeten en wil hij zijn "schat" terug gaan opgraven. Die er dus niet meer is... En de jacht op John Rothsteins werk begint.
Halverwege het boek komt Bill Hodges opdraven omdat Peter Saubers zusje ongerust is over haar broer en dat vertelt aan Barbara Robinson, het zusje van Jerome, die goed bevriend is met Bill. Bill Hodges baat ondertussen een soort van detectivebureau uit, samen met Holly, en hij wil Peter helpen.
Eerlijk? Ik vond het niet echt nodig om Bill Hodges en zijn kompanen bij het verhaal te betrekken, het boek deed het goed genoeg zonder hen en remt daardoor ook een beetje af omdat ineens hun verhaal verteld moet worden. Ook de gebeurtenissen uit het eerste boek worden kort herhaald, maar dat kon ik wel appreciëren omdat het al zo lang geleden was dat ik het las. De eerlijke vinder had echter deze personages niet nodig, het boek had heel goed op zichzelf kunnen staan.
Anyway, Bill Hodges en co proberen het kluwen rond Peter Saubers te ontwarren en het boek eindigt - zoals wel meer bij Stephen King - in een spannende over the top ontknoping.
Wel moet gezegd dat er ook hier geen bovennatuurlijke elementen in het spel zijn. Het boek is een goed geconstrueerde thriller, die weliswaar een beetje inzakt in het midden, maar waarvan de apotheose typisch King kan genoemd worden.
En King doet daarnaast nog waar hij goed in is: personages ontwikkelen waar je meteen sympathie voor krijgt (Peter Saubers) of die je meteen doen gruwelen (Morris Bellamy).
Het allerlaatste hoofdstuk van het boek doet al verlangen naar het derde deel, Wisseling van de wacht, en wie goed oplet weet dat King daar alle remmen los zal laten...
3.5 sterren voor deze degelijke thriller.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten